Konijnen eten het liefste sappige kruiden, verse klaver, sla, takjes en schors. Het zijn dieren die het liefste in gezelschap leven. Als er gevaar dreigt, slaan konijnen met de achterpoten op de grond om hun soortgenoten te waarschuwen. Als een roofdier te dichtbij komt, vluchten ze waarbij ze heel snel haken slaan.
Als konijnen zich op hun gemak voelen, snorren ze en strekken ze hun achterpoten uit.